MENU

Zo kijk je een boulderwedstrijd

Bij boulderen worden korte, soms zeer explosieve routes (boulders) op wanden van zo'n 4,5 meter hoog geklommen. We leggen uit hoe een boulderwedstrijd in zijn werk gaat en waar je op moet letten.

Boulderen als wedstrijdsport

De term boulder komt uit het Engels en betekent rotsblok. Een paar meter hoge steen die je via verschillende moeilijke niveau's probeert te beklimmen. Boulderen is geëvolueerd van trainingsvorm voor het alpinisme naar een volwaardige sport. Het is in Nederland razend populair en het aantal boulderhallen blijft dan ook gestaag groeien. Dit is niet zo gek want boulderen is toegankelijk, creatief, gezellig en nog altijd een geweldige work-out voor het lichaam. Een soort fysieke én mentale fitness.

Wedstrijdformat

Bij het Nederlands Kampioenschap klimmen de deelnemers volgens een onsight format. Dit houdt in dat de klimmers tussen de verschillende boulders in isolatie zitten en de routes niet van tevoren mogen inlezen. Inlezen houdt in dat de klimmers in hun hoofd de puzzel en bewegingen uitwerken om vervolgens met hun lichaam de passen te proberen. Wel krijgen zij een plattegrond, zodat ze weten waar de boulders zijn die ze moeten klimmen. Aan de hand van een startlijst weten ze wanneer ze aan de beurt zijn, de oproep gaat via een piep en vanaf dat moment hebben ze 5 minuten om de route te klimmen. Ook horen de klimmers een piep één minuut voor het einde van hun klimtijd. Op deze manier weten zij zonder op de klok te kijken dat de tijd begint te dringen.

Isolatie
In isolatie, het woord zegt het al, zit je als klimmer/boulderaar afgezonderd van de wedstrijdwand. De boulderaars mogen de boulderroutes niet van tevoren inlezen en mogen alleen naar buiten in de tijd die zij krijgen om een route te klimmen.

Opbouw van een boulder

In wedstrijdvorm worden de boulders, uitgezet op 4 tot 5 meter hoge klimwanden. Een boulder bestaat maximaal uit 12 bewegingen, maar vaak zijn dit er maar 4 tot 8. Makkelijk zou je denken, nou mooi niet! Die vier bewegingen zijn meestal bijna onmogelijk en het is ook vaak niet duidelijk hoe je de passage moet nemen. De klimmers krijgen maar een paar minuten de tijd om het probleem op te lossen. Meestal is dit net voldoende om 3 of 4 serieuze pogingen te ondernemen. De kunst is om het probleem direct te doorgronden en in je eerste poging op te lossen. Dit levert niet alleen de beste score op, maar je spaart zo ook kracht voor je volgende boulder.

Een boulder bestaat uit een startpositie, een zone en een top:

Startpositie

Om de boulder te klimmen moet je eerst in de juiste startpositie zien te komen. Deze is aangegeven met vier stukjes tape die tegen de klimgrepen zijn geplakt waarmee je met je handen en voeten contact moet maken. Je moet dus met beide handen en voeten contact maken met de aangegeven delen van de boulder. Pas wanneer je de juiste startpositie hebt aangenomen mag je de boulder verder klimmen.

Zone

Meestal ongeveer halverwege de boulder zit ook nog een zonegreep. Je raadt het al, ook deze wordt met een stukje tape aangeduid. (De kleur moet wel afwijken van de tape waarmee de start en top worden gemarkeerd want anders zou het verwarrend kunnen zijn). Wanneer je deze Zone greep effectief gebruikt dan krijg je daar een Zone score voor.

Top

Elke boulder heeft een zogenaamde topgreep. Dit is de laatste greep van de boulder die symbool staat voor het op het rotsblok klimmen. Je hebt de boulder geklommen als je de topgreep met beide handen gecontroleerd vast houdt. Deze greep is ook altijd aangegeven met een stukje tape en bij een belangrijke wedstrijd zoals het NK ook met een bordje waar Top op staat.

Scoring

Wie wint is een stuk ingewikkelder dan bij het speedklimmen. Het belangrijkste doel is om alle boulders te toppen. De jury houdt bij hoeveel klimpogingen je hiervoor nodig had. Lukt het niet om de top te halen dan is de zone het beste resultaat. De score wordt eerst behaald door het aantal tops. Iemand die vier tops haalt, wint van iemand die er drie haalt. Haal je allebei evenveel tops, dan wordt er gekeken naar het aantal behaalde Zones. Iemand met twee tops en vier zones wint van iemand met twee tops en drie zones. Zijn het aantal behaalde tops en zones gelijk dan wordt bekeken hoeveel pogingen je nodig had voor je tops en is de score dan nog steeds gelijk dan bepaalt het aantal pogingen voor de zones de score. Best ingewikkeld dus.

Een boulder score ziet er dan bijvoorbeeld zo uit: 2T4Z 7 9. Deze klimmer heeft twee tops behaald, 4 Zones en had 7 pogingen nodig voor zijn twee tops en 9 pogingen voor de vier Zones en wint bijvoorbeeld van iemand met een score 2T4Z 8 9.

Klim- en boulderpraat

Klim- en boulderpraat

Als je nog niet zo lang klimt, hoor je in de klim- of boulderhal geregeld termen die je waarschijnlijk nog niet kent. Veel woorden zijn voor de hand liggend, zoals zekeren of bouldermat. Maar andere stukken minder, zoals flashen. Wij helpen je wegwijs te maken in de wirwar van nieuwe termen.

Pof, flashen, en nog meer

Dit moet je verder weten over boulderen

  • Een klimpoging is gestart zodra je geen contact meer maakt met de grond. Het kan zijn dat je al uit de boulder valt voordat je de juiste startpositie hebt ingenomen. Dit wordt dan geteld als een poging;
  • Soms moet er een aanloop genomen worden om de boulder in te springen. Dit heet een renstart;
  • De klimtijd wordt naast een klok ook aangegeven met geluiden. Je hebt een begin en eindsignaal én een laatste minuut signaal. Dit helpt de klimmers om een laatste poging goed te timen.

Deelnemers

We hebben de deelnemers van het NK voor je op een rij gezet.

deelnemers

Terug naar overzicht